VQT2R73
31
NEDERLANDS
Schakelen tussen
dual geluiden
U kunt schakelen tussen
dual geluid of Dolby Digital
signalen.
1. Voor het invoeren van de
instelling. (➜ bladzijde 13)
2.
Druk op [
w
][
q
] om “DUAL PRG ”
te selecteren en druk op [OK].
3. Druk op [
e
][
r
] om de audio te
selecteren en druk op [OK].
M1 : Hoofdaudio
M2 : Subkanaal audio-uitgang
M1+M2 :
Hoofd + Subkanaal audio-
uitgang
Fabrieksinstelling: M1
4. Om de instelling te voltooien.
(➜ bladzijde 13)
Helder geluid bij een
laag volume
Dynamic range
compression voor Dolby
Digital.
Het compresseert het
dynamisch bereik zodat u
nog steeds de dialoog kunt
horen en het geluidsveld
onbemoeid kunt laten.
Gebruik deze functie
wanneer u het volume
omlaag wilt brengen,
bijvoorbeeld ’s avonds laat.
1. Voor het invoeren van de
instelling. (➜ bladzijde 13)
2. Druk op [
w
][
q
] om “DRCOMP ”
te selecteren en druk op [OK].
3. Druk op [
e
][
r
] om de afstand te
selecteren en druk op [OK].
OFF : Normaal afspelen
STANDARD : De meest geschikte
afspeelmodus voor
iedere audiobron
MAX : Altijd gecomprimeerd op het
maximale niveau
Fabrieksinstelling: OFF
4. Om de instelling te voltooien.
(➜ bladzijde 13)
Schakelen van
de attenuator
(verzwakker)
Schakel de verzwakker op
“ON ” wanneer hard geluid
vervormd raakt wanneer
er vanuit een analoge
ingangsbron wordt
afgespeeld.
1. Voor het invoeren van de
instelling. (➜ bladzijde 13)
2.
Druk op [
w
][
q
] om “ATTENUATOR ”
te selecteren en druk op [OK].
3. Druk op [
e
][
r
] om “ON ” te
selecteren en druk op [OK].
ON, OFF
Fabrieksinstelling: OFF
4. Om de instelling te voltooien.
(➜ bladzijde 13)
Overschakelen van de
detectie-instelling van
het ingangssignaal
De meest bronnen kunnen
worden afgespeeld met “AUTO ”
(fabrieksinstelling).
Maar in de volgende gevallen
wijzigt u de detectie-instelling
van het ingangssignaal.
•
Wanneer het begin van het liedje
wordt afgebroken tijdens het
afspelen van de CD, brengt u de
instelling op “PCM ” (PCM FIX).
•
Wanneer het signaal niet
gedetecteerd wordt tijdens het
afspelen van DTS-bronnen, zet u
de instelling op “DTS ” (DTS FIX).
•
Wanneer er ruis voorkomt, stelt
u de instelling terug op “AUTO ”.
1. Voor het invoeren van de
instelling. (➜ bladzijde 13)
2. Druk op [
w
][
q
] om “INPUT
MODE ” te selecteren en druk
op [OK].
3. Druk op [
w
][
q
] om de ingang te
selecteren en druk op [OK].
Ingang: TV, DVD, AUX1, AUX2
4.
Druk op [
e
][
r
] om de
detectiemethode te selecteren van
het ingangssignaal en druk op [OK].
AUTO : Automatische detectie
PCM : PCM (vanaf CD’s) ingestelde
digitale ingang
DTS : DTS digitale ingang ingesteld
Fabrieksinstelling: AUTO
Herhaal stap 3 en 4 om de
instelling te wijzigen.
5. Om de instelling te voltooien.
(➜ bladzijde 13)
Terugstelfunctie
(fabrieksinstellingen)
De bedieningsinstellingen
voor het systeem zullen
worden teruggesteld
naar de instellingen die
gemaakt zijn ten tijde van
de verzending.
1. Voor het invoeren van de
instelling. (➜ bladzijde 13)
2. Druk op [
w
][
q
] om “RESET ” te
selecteren en druk op [OK].
3. Druk op [
e
][
r
] om “YES ” te
selecteren en druk op [OK].
YES : Terugstellen
NO : Niet terugstellen
• Om te annuleren, selecteert u “NO ”.
•
Alle instellingen zullen worden teruggesteld wanneer
u “YES ” selecteert en de ingangskeuzeschakelaar
zal automatisch overschakelen naar “BD/DVD ”.
•
Wanneer u “NO ” selecteert, gaat u terug naar
stap 2. Om de instellingsmodus te verlaten drukt
u meerdere malen op [ RETURN] om “EXIT ”
weer te geven, en drukt u vervolgens op [OK].
•
De inhoud van de luidsprekerinstelling worden
niet teruggesteld. Maar, de inhoud die ingesteld
is op “Wijzigen van het aantal luidsprekers naar
4” (➜ bladzijde 14) wordt teruggesteld.
Wanneer andere
toestellen
(minisysteem, AV
verst., enz.) die
door Panasonic
zijn gefabriceerd,
tegelijkertijd
werken met de
bedieningen van de
afstandsbediening
van dit systeem
Wanneer u de
afstandsbediening van dit
apparaat gebruikt, kan het
zijn dat andere installaties
ook bediend worden. In dat
geval schakelt u de code
van de afstandsbediening
van dit systeem op
“REMOTE 1 ”. Doe het
volgende om hetzelfde
codenummer in te stellen
voor dit systeem en de
afstandsbediening.
Instelling van het hoofdapparaat
1. Voor het invoeren van de
instelling. (➜ bladzijde 13)
2. Druk op [
w
][
q
] om “REMOTE ”
te selecteren en druk op [OK].
3. Druk op [
e
][
r
] om “1 ” te
selecteren en druk op [OK].
Fabrieksinstelling: 2
• U kunt de instellingsmodus niet
beëindigen wanneer de instelling op
de afstandsbediening niet gewijzigd
is. Ga naar stap 4.
• Om de code van de afstandsbediening
op 2 in te stellen, selecteert u “2 ” in
stap 3 en drukt u op [OK].
De instelling maken van de
afstandsbediening
4.
Druk op [OK] en houd deze
ingedrukt, en druk vervolgens op
[TV] (langer dan 2 seconden).
TV: Code 1 van de afstandsbediening
BD/DVD: Code 2 van de
afstandsbediening
(Fabrieksinstelling)
• Selecteer hetzelfde nummer als het
codenummer dat u hebt geselecteerd
in stap 3.
•
Om de code van de afstandsbediening
in te stellen op 2, drukt u op [OK] en
houdt deze ingedrukt in stap
4
, en drukt
u vervolgens gedurende meer dan 2
seconden op [BD/DVD].
5. Om de instelling te voltooien.
(➜ bladzijde 13)
Wanneer verschillende codes ingesteld
worden tussen het hoofdapparaat en de
afstandsbediening, zal de foutmelding
“REMOTE 2 ” of “REMOTE 1 ” worden
weergegeven.
Opmerking
Opmerking
15
Functies en instellingen/Onderhoud
Onderhoud
Haal de stekker uit het stopcontact en veeg het systeem af met gebruik
van een zachte en droge doek.
• Wanneer het systeem erg vuil is, wringt u een natte doek zorgvuldig
uit, en veegt u het vuil eraf. Droog vervolgens af met een droge doek.
• Gebruik geen oplosmiddelen zoals benzine, verdunner, alcohol, enz.,
omdat dit ervoor kan zorgen dat de buitenpanelen vervormen en de
deklaag eraf gaat.
• Alvorens een chemisch behandelde doek te gebruiken, dient u de
bijbehorende instructies van de doek aandachtig te lezen.
Comments to this Manuals