Panasonic SDRH280 Operations Instructions Page 222

  • Download
  • Add to my manuals
  • Print
  • Page
    / 228
  • Table of contents
  • BOOKMARKS
  • Rated. / 5. Based on customer reviews
Page view 221
222
LSQT1356
Overige
Verklaring van termen
Automatische witbalans
De witbalansregeling herkent de kleur van het
licht en regelt het toestel zo dat de witte kleur
zuiverder wit wordt. Het toestel bepaalt de
lichtschakering die in de lens en op de sensor
van de witbalans valt, beoordeelt zo de
opnameomstandigheden, en selecteert de beste
schakeringsinstelling.
Dit staat bekend als automatische
witbalansregeling.
Aangezien het toestel alleen de informatie over
de witte kleur met bepaalde lichtbronnen opslaat,
werkt de automatische witbalansregeling niet
normaal met andere lichtbronnen.
In de bovenstaande afbeelding ziet u het bereik
van de automatische witbalans.
1) Effectief bereik van de automatische
witbalansregeling met dit toestel
2) Blauwe lucht
3) Bewolkt (regen)
4) Tv-scherm
5) Zonlicht
6) Witte tl-lamp
7) Halogeenlamp
8) Gloeilamp
9) Zonsopgang of zonsondergang
10) Kaarslicht
Buiten het effectieve bereik van de automatische
witbalansregeling krijgt het beeld een rode of
blauwe schijn. Zelfs binnen het effectieve bereik
van de automatische witbalansregeling zal de
automatische witbalansregeling misschien niet
goed werken als er meer dan één lichtbron is.
Voor licht dat buiten het functionele bereik van de
automatische witbalansregeling valt, gebruikt u
de handmatige witbalansregeling.
Witbalans
De beelden die met het toestel worden
opgenomen kunnen een blauwe of rode schijn
krijgen onder invloed van sommige lichtbronnen.
Regel de witbalans om dit te voorkomen.
De witbalansregeling bepaalt de kleur van wit
onder verschillende lichtbronnen. Door de kleur
van wit in zonlicht en in het licht van een tl-lamp
te herkennen, kan het toestel de balans van de
andere kleuren regelen.
Aangezien wit de referentie is voor alle andere
kleuren (waaruit licht bestaat), kan het toestel
beelden met natuurlijke kleurschakeringen
opnemen als het de witte referentiekleur herkent.
Autofocus
De lens gaat automatisch naar voor of achter om
scherp te stellen op het onderwerp.
Autofocus heeft de volgende kenmerken.
De focus wordt veranderd zodat de verticale
lijnen van een onderwerp scherper zijn.
Probeert scherp te stellen op een voorwerp
met een hoger contrast.
Stelt alleen scherp op het midden van het
scherm.
Deze kenmerken betekenen dat autofocus niet
goed werkt in de volgende situaties. Neem
beelden op in de handmatige scherpstelstand.
Veraf- en dichtbijgelegen voorwerpen tegelijk
opnemen
Aangezien het toestel scherpstelt op het
onderwerp in het midden van het scherm, kunt u
de achtergrond moeilijk scherpstellen wanneer is
scherpgesteld op een voorwerp dat zich dicht bij
het toestel bevindt. Wanneer u mensen opneemt
met bergen ver op de achtergrond, kunt u niet
scherpstellen op het voorwerp dat zich dicht bij
het toestel bevindt en de voorwerpen in de verte.
10 000K
9 000K
8 000K
7 000K
6 000K
5 000K
4 000K
3 000K
2 000K
1 000K
2)
1)
3)
4)
5)
6)
7)
8)
9)
10)
LSQT1356_DUT.book 222 ページ 2008年3月6日 木曜日 午後1時50分
Page view 221

Comments to this Manuals

No comments